Kerstmis
25 & 26 december

Met kerst vieren christenen de geboorte van Jezus

Op 25 december vieren christenen de geboorte van Jezus. De naam Kerstmis komt van Christ-mis: de mis (viering) van Jezus Christus. Jezus kwam ruim 2000 jaar geleden ter wereld in een armoedige stal in het plaatsje Betlehem. Zijn ouders, Maria en Jozef, waren daar op bevel van keizer Augustus. Die hield een volkstelling. Iedereen moest zich melden in zijn geboorteplaats. Het was zo druk in Betlehem dat de herbergen geen plek meer hadden. Daarom werd Jezus geboren temidden van stro en hooi. De herders waren de eerste die dit nieuws hoorden.

Cadeautjes

Bij het kerstfeest horen cadeautjes. In sommige landen brengt het kerstkindje de geschenken, in andere komt de kerstman langs. Deze lijkt in zijn rood-witte pak verdacht veel op onze Sinterklaas! Amerikanen noemen hem niet voor niets Santa Claus.

Kerstboom

Een kerstboom bestaat in Nederland sinds de negentiende eeuw. Deze traditie is overgenomen uit Duitsland. Alle bomen laten hun blaadjes vallen als het winter wordt, maar de kerstboom blijft altijd groen. Net als de lampjes, verwijzen de glimmende ballen naar de dagen die na Kerstmis weer langer gaan worden.

Kaarsen en lichtjes

Kerstmis is een feest van het licht. Het is de donkerste tijd van het jaar, dus branden veel mensen kaarsen en worden er lichtjes in de kerstboom gehangen. Ook joden en hindoes kennen lichtfeesten: Chanoeka en Divali. Bij christenen is een brandende kaars het symbool voor Jezus. Hij noemde zichzelf namelijk het 'licht der wereld'.